ENSCHEDE - Het aartsbisdom Utrecht bereidt het zaligverklaringsproces voor van dr. Alphons Ariëns, de sociaal bewogen priester en grondlegger van de rooms-katholieke arbeidersbeweging. Maar het wachten is op het vinden van een wonder, dat op voorspraak van deze voormalige kapelaan uit Enschede is geschied.

De tijd is volgens het aartsbisdom Utrecht rijp om de sociaal bewogen priester dr. Alphons Ariëns (1860-1928) in Rome voor te dragen voor een zaligverklaring. Het bisdom treft op dit moment tal van voorbereidingen voor het proces dat tot die zaligverklaring moet leiden en waarover het Vaticaan uiteindelijk beslist. Al kan de zaligverklaring nog jaren duren.

Socialisten en progressieve katholieken zoals de wever Jan Brinkhuis uit het Twentse Lonneker scholden Alphons Ariëns uit als ,,verrader van de arbeidersstrijd''. Bij de rooms-katholieke textielwerkgevers in Twente maakte de sociaal bewogen Enschedese kapelaan zich ook niet bepaald geliefd. Herhaaldelijk kwam de bevlogen priester van het aartsbisdom Utrecht in conflict met de priester-staatsman dr. Herman Schaepman, stichter van de Rooms-Katholieke Staatspartij, en met zijn bisschop mgr. Henricus van de Wetering, aartsbisschop van Utrecht. Uiteindelijk werd Ariëns door mgr. Van de Wetering in 1901 ,,weggepromoveerd'' naar Steenderen. Hem werd verboden zich nog langer met de ,,sociale kwestie'' bezig te houden.

Doodsvijand

Alphons Ariëns, in 1860 geboren in Utrecht, werd in 1886 benoemd tot kapelaan in de Sint Jacobusparochie in Enschede. De jonge priester, die een jaar eerder in Rome al gepromoveerd was in de theologie, werd diep getroffen door de sociale ellende, waarin de textielarbeiders destijds in Twente verkeerden. Ariëns kwam op voor de arbeiders, streed voor de verbetering van hun lot en was tegelijk met grote huiver bevangen voor het materialisme en voor de ,,begeerte'' van het socialisme naar revolutie, macht en bezit. In zijn ogen was het socialisme ook de doodsvijand van geloof en zeden. Ariëns spoorde in 1891 enkele arbeiders aan tot de oprichting van de Enschedese R.K. Arbeidersvereeniging die twee jaar later opging in de R.K. Twentsche Fabrieksarbeidersbond.

Toen in 1895 veertig textielarbeiders onrechtmatig ontslagen werden, richtte Alphons Ariëns de coöperatieve textielfabriek De Eendracht in Haaksbergen op. Dat werd echter een fiasco. Naast de verbetering van de werkomstandigheden van de rooms-katholieke textielarbeiders zette Ariëns zich ook in voor de drankbestrijding. Na Enschede werd Ariëns pastoor te Steenderen en Maarssen. Hij stierf in 1928.

Getuigen gezocht

Om in aanmerking te komen voor een zaligverklaring zijn drie criteria van belang. Allereerst een voorbeeldige levenswijze van de desbetreffende persoon, vervolgens dient er een devotie rond de kandidaat-zalige gegroeid te zijn, en ten slotte moet er een wonder (een medisch onverklaarbare lichamelijke genezing) hebben plaatsgevonden, waarbij de hulp (voorspraak) van de zalig te verklaren persoon is ingeroepen. Op dit moment zoekt het aartsbisdom Utrecht mensen die kunnen getuigen van hun devotie voor Alphons Ariëns. Die devotie kan zich uiten door het bezoek aan zijn graf of een kapel, in gebed, waarin de voorspraak van Alphons Ariëns wordt ingeroepen, of in interesse voor zijn leven, werk en spiritualiteit. Deze getuigen (er zijn er minimaal acht nodig) zullen dit voorjaar gehoord worden door een speciale kerkelijke rechtbank, die wordt ingesteld door kardinaal Simonis, aartsbisschop van Utrecht. Het officiële verslag daarvan wordt gestuurd naar de Congregatie voor de Heiligverklaringen in het Vaticaan. Bovendien moet het aartsbisdom Utrecht ook twee gefundeerde omvangrijke biografieën van Alphons Ariëns inleveren: een biografie gebaseerd op openbare, schriftelijke bronnen van Ariëns (vita documentata) en een ,,spirituele'', geestelijke biografie (vita spiritualis), waaruit de vroomheid en deugdzaamheid van Ariëns blijkt.

De biografie, gebaseerd op de schriftelijke bronnen, is reeds gereed. Die is geschreven door wijlen prof. dr. Jan Roes, kenner van het leven en werk van Ariëns en voormalig hoogleraar in de geschiedenis van het Nederlandse katholicisme aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Henri ten Have, priester in Arnhem, werkt thans nog aan de spirituele biografie.

Medisch wonder

Maar beslissend voor de zaligverklaring is het wonder dat op voorspraak van Alphons Ariëns moet geschieden. Daar is het wachten op, bevestigt vicaris-generaal mgr. dr. P. Rentinck van het aartsbisdom Utrecht en postulator (aanbrenger) van het zaligverklaringsproces van Ariëns. ,,Maar ik heb goede hoop. Er wordt door veel mensen voor een wonder gebeden.''

Overigens gaat de Rooms-Katholieke Kerk bij het erkennen van een wonder niet over één nacht ijs. Overkomt iemand een wonder, waarbij de hulp van een persoon is ingeroepen, dan dient hij daarvan te getuigen voor de speciaal ingestelde kerkelijke rechtbank. Dat getuigenis moet gepaard gaan met een officiële verklaring van de behandelend geneesheer, dat het gaat om een medisch onverklaarbare lichamelijke genezing. Ook wordt daarbij een second opinion gevraagd van een andere arts. Bovendien moeten voor die kerkelijke rechtbank maar liefst vijftien mensen getuigen dat dit medische wonder is geschied.

Ten slotte zal het aartsbisdom ook geld op tafel moeten leggen in het Vaticaan. Niet om de zaligverklaring te ,,kopen'', maar als vergoeding voor de proceskosten aldaar.

geplaatst: 03-03-2005 - 9.14
laatst gewijzigd: 22-09-2011 - 13.32
auteur: door Theo Krabbe
Het artikel is overgenomen uit:

Nederlands Dagblad

 

 

icon1